Vergelijk het volledige energieaanbod
Energie vergelijken

Opinie: Energiebelasting 2026 – Schijnverlichting in een scheef systeem

Leestijd: 5 minuten
door Ben Woldring

De Voorjaarsnota 2025 presenteert een ogenschijnlijke meevaller: 200 miljoen euro lastenverlichting via de energiebelasting. Klinkt fors – maar de werkelijkheid is schrijnend. De overheid ontvangt jaarlijks ruim 4,3 miljard euro energiebelasting van huishoudens, maar keert daarvan slechts een schamele 200 miljoen euro uit voor verlaging. Omgerekend levert dat huishoudens met een gemiddeld verbruik een besparing op van 8 euro per jaar. Geen verlichting, maar een symbolisch gebaar. Een doekje voor het bloeden – vooral voor mensen die geen of beperkt toegang hebben tot verduurzaming. Want de fundamentele vraag blijft: komt het voordeel terecht bij wie het écht nodig heeft? 

Ongelijke lasten, structurele achterstelling 

In 2025 werd de energiebelasting op gas nog met een halve cent per kuub verlaagd, als gevolg van politieke beloftes. Een jaar later draait het kabinet het roer volledig om en verhoogt diezelfde belasting met maar liefst 2,5 cent per kuub. Het kabinet beloofde de energiebelasting langzaam te verlagen tot 2030. Nu is dat maar één keer gebeurd. Voor miljoenen huishoudens die afhankelijk zijn van gas – en dat geldt voor zo’n 9 op de 10 Nederlandse huishoudens – is deze zigzagkoers niet alleen verwarrend, maar vooral kostbaar. Juist huurders en bewoners van slecht geïsoleerde woningen worden in tijden van zorgen over betaalbaarheid van de energierekening het hardst geraakt door stijgende energiekosten.  

Voor de groep die wél heeft geïnvesteerd in bijvoorbeeld zonnepanelen, maar nog (deels) afhankelijk is van gas betekent dit beleid zelfs een lastenverzwaring. Tot de salderingsregeling in 2027 wordt afgeschaft, hebben zij nauwelijks voordeel van de belastingverlaging op stroom. Ze wekken veel elektriciteit zelf op en kunnen op dit moment nog volledig salderen, maar worden net als anderen geraakt door de hogere belasting op gas.  

Daarbovenop komen nog extra uitgaven voor het op peil houden van een nationale gasvoorraad, bedoeld om in tijden van schaarste een buffer achter de hand te hebben voor de elektriciteitscentrales en gasgebruikers. De kosten daarvan worden vanaf 2027 alleen doorberekend aan gasgebruikers via hun energierekening. En dat terwijl de netbeheerkosten de afgelopen jaren al fors zijn gestegen, met vele tientallen euro’s per jaar. De gasgebruiker betaalt  opnieuw de rekening voor maatregelen die bedoeld zijn om het systeem draaiende te houden. 

Tussen voordeel en verlies: wie profiteert écht?  

Aan de andere kant staan de huishoudens met volledig verduurzaamde huizen, die maximaal lijken te profiteren van het beleid. Zij betalen geen gasbelasting en netbeheerkosten op gas en ontvangen bovendien het volledige voordeel van de verhoogde heffingskorting, een korting die uitsluitend van de stroomrekening wordt afgetrokken. Tegelijkertijd belasten zij het toch al overvolle stroomnet vaak het zwaarst. Ironisch genoeg maken zij, op windstille en bewolkte dagen, alsnog gebruik van stroom die uit gascentrales komt, terwijl de rekening voor het in stand houden van die infrastructuur grotendeels door anderen wordt betaald.  

Toch is het financiële voordeel voor veel all-electric huishoudens maar van tijdelijke aard. Huishoudens met zonnepanelen en een warmtepomp worden juist geconfronteerd met een nieuwe financiële tegenvaller. Door het stoppen van de salderingsregeling in 2027 kunnen zij opgewekte stroom straks niet meer één-op-één wegstrepen tegen hun verbruik. Teruggeleverde stroom wordt minder waard, waardoor het financiële voordeel verdampt en terugverdientijden oplopen. De kleine verlaging van de energiebelasting op stroom maakt dat niet goed. Juist mensen die bewust hebben verduurzaamd, worden zo financieel afgestraft of gedwongen tot het investeren in dure thuisbatterijen. Het resultaat: een beleid dat zowel niet-duurzame als duurzame huishoudens op verschillende manieren benadeelt. 

[Gafiek: Effecten voorjaarsnota]

Jojo-beleid ondermijnt vertrouwen 

De keuze om de salderingsregeling niet rustig af te bouwen maar plotsklaps te stoppen is tekenend voor het wankele en ad-hoc gevoerde energiebeleid. Wat eerst jarenlang werd gestimuleerd, wordt nu teruggedraaid – zonder heldere langetermijnvisie. Dit is geen uitzondering. Eerst werd in 2025 de gasbelasting nog minimaal verlaagd, om deze in 2026 weer fors te verhogen. Het Noodfonds Energie? Eerst afgeschaft, vervolgens, onder publieke druk, weer opgetuigd, maar inmiddels zo overbelast dat huishoudens zich haasten om erbij te zijn, want op = op.  

Huishoudens weten niet meer waar ze aan toe zijn en voelen zich gedwongen om te rennen voor tijdelijke regelingen, uit angst om achter het net te vissen. Dit zijn geen oplossingen, maar pleisters zonder plan. Geen beleid, maar symptoombestrijding. 

Structureel falen heeft gevolgen 

Nederland heeft een van de hoogste energiebelastingen van Europa. Niet alleen burgers voelen dat, ook het bedrijfsleven kraakt onder de druk. Vooral energie-intensieve bedrijven en industriële sectoren trekken zich terug en verkassen naar landen met gunstigere voorwaarden. Daarmee verdwijnen economische activiteiten, banen, en vooral: onze onafhankelijkheid. In een tijd van geopolitieke spanningen is autonomie geen abstract ideaal, maar keiharde noodzaak. De coronapandemie toonde al hoe snel solidariteit plaatsmaakt voor nationaal belang – denk aan de strijd om vaccins of mondkapjes. Willen we straks ook in het buitenland in de rij staan voor cruciale zaken zoals staal, beton en andere materialen die onmisbaar zijn voor onze energievoorziening, woningbouw en infrastructuur?  

Ook op lokaal niveau piept het systeem. Het overbelaste stroomnet houdt het met kunst- en vliegwerk overeind, zoals recent nog bleek in Zeeland, waar het Paasweekend moest worden gered met dieselaggregaten. De infrastructuur kraakt onder de ambities, terwijl vooral de overheid zelf profiteert. Het huidige beleid leidt met name tot stijgende inkomsten voor de staatskas, vooral zodra het salderen stopt. 

Tijd voor een koerswijziging 

Zolang energie wordt belast als luxeproduct, met 21% btw, en de kosten van verduurzaming oneerlijk worden verdeeld, zaait het beleid meer verdeeldheid dan vooruitgang. Wat nodig is, is geen bandenplakpolitiek, maar een structurele koerswijziging: verlaag de btw op energie naar 9%, hervorm de energiebelasting zodat deze eerlijker uitpakt en ondersteun huishoudens en bedrijven die nu achterblijven in de transitie. Denk hierbij bijvoorbeeld ook aan het gebruiken van een verlaagde gasbelasting voor de eerste 1000 kuub. Een recente ontwikkeling is het opschroeven van de gaswinning op de Noordzee. Dit soort realistische tussenoplossingen biedt financiële ruimte en versterkt onze energiezekerheid. Maar zonder een rechtvaardige verdeling van lusten en lasten blijft de energietransitie op drijfzand gebouwd. Er kunnen nog veel wijzigingen in de belastingen worden doorgevoerd. Gaslicht.com hoopt dat het kabinet deze adviezen ter harte neemt en op Prinsjesdag andere plannen presenteert. 

Deel dit artikel op:
Geactualiseerd: maandag 28 april 2025

Ben Woldring
Ben Woldring CEO & Founder

Ben Woldring is oprichter van de Bencom Group, bekend van populaire vergelijkingssites in Nederland en Duitsland op het gebied van telecom, energie, verzekeringen en hotels. Hij is altijd op zoek naar ondernemende en innovatieve manieren om positieve verandering te stimuleren. Ben wordt regelmatig gevraagd door kranten, radio & tv stations om zijn input te geven over belangrijke energiethema's, zorgverzekeringen en telecom.

Als lid van de raad van advies bij stichting ECP en via de samenwerking met Topsector Energie wil Ben een positieve bijdrage leveren aan de klimaatdoelen en energietransitie-uitdagingen van Nederland.

Reageren

Google ReCaptcha

Laatste nieuws

Website van het Jaar

Vergelijk het volledige energieaanbod

Vergelijk objectief alle energieleveranciers. Bij ons stapt u gemakkelijk in drie stappen over. Overstappen via Gaslicht.com is altijd gratis. Vergelijk en stap over.